Doorstroomtoets: uitzonderingen en aanpassingen
Doorstroomtoets: uitzonderingen en aanpassingen
Voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere basisonderwijs is het verplicht om een doorstroomtoets te maken. Hierop zijn echter uitzonderingen. Daarnaast heeft de school de plicht om na te gaan of er aanpassingen nodig zijn als een leerling belemmeringen in de toetsing ondervindt.
Vanaf het schooljaar 2019-2020 is afname van de doorstroomtoets óók verplicht voor leerlingen in het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs, behoudens onderstaande uitzonderingen.
Deelname niet altijd verplicht
De volgende leerlingen hoeven geen doorstroomtoets te maken:
- leerlingen die volgens hun ontwikkelingsperspectief uitstromen naar het voortgezet speciaal onderwijs binnen de uitstroomprofielen arbeidsmarkt of dagbesteding;
- leerlingen met een IQ lager dan 75;
- leerlingen die 4 jaar of minder in Nederland zijn en het Nederlands nog niet voldoende beheersen.
Valt de leerling niet in deze categorie? Dan maakt de leerling wel de doorstroomtoets. Ook als de leerling mogelijk naar het praktijkonderwijs (pro) of speciaal onderwijs (voortgezet) onderwijs gaat.
>> Zie ook de beslisboom op de website van de PO-raad
Doorstroomtoets en advies praktijkonderwijs (College voor Toetsen en Examens)
Leerlingen die het schooladvies praktijkonderwijs krijgen, zijn niet per definitie uitgezonderd van verplichting op een eindtoets. Wanneer de leerling niet onder bovenstaande ontheffingsgronden eindtoetsing valt, is het verplicht dat de leerling een eindtoets maakt.
Sinds het schooljaar 2017-2018 is praktijkonderwijs/vmbo bb als laagste toetsadvies opgenomen in een eindtoets. Dit betekent dat een leerling die van de basisschool het schooladvies pro heeft gekregen, in alle gevallen een hoger toetsadvies krijgt omdat het advies van de Centrale Eindtoets begint vanaf praktijkonderwijs/vmbo bb. Het kan dus voorkomen dat een leerling als schooladvies pro heeft gekregen terwijl de Centrale Eindtoets het advies voor best passend brugklastype praktijkonderwijs/vmbo bb geeft.
Mogelijk zijn er bij een leerling in de afgelopen periode ontwikkelingen in gang gezet rondom de toewijzing voor het praktijkonderwijs. Het is daarom van belang om vooraf te beseffen wat het effect is van een dergelijke heroverweging van het schooladvies voor zowel de betreffende leerling als zijn/haar ouder(s)/verzorger(s). We raden daarom aan dat scholen het leerlingrapport van de Centrale Eindtoets van leerlingen aan wie het schooladvies praktijkonderwijs is gegeven goed te analyseren voordat ze deze aan de ouders/verzorgers geven. Ook raden we scholen aan om ouder(s)/verzorger(s) op tijd te informeren over een eventuele afwijking van het toetsadvies van de Centrale Eindtoets ten opzichte van het schooladvies en hoe deze uitslag zich verhoudt tot eerdere afspraken over het schooladvies en de schoolkeuze van deze leerling.
Het professionele oordeel van de basisschool bepaalt op welke manier zij gevolg geeft aan deze uitslag en hoe de school de betreffende leerling en zijn/haar ouder(s)/verzorger(s) informeert over de uitslag van de Centrale Eindtoets.
Aanpassingen
Bij de doorstroomtoets zijn er de volgende aangepaste versies voor leerlingen met speciale ondersteuningsbehoeften:
-
een audio-versie voor o.a. leerlingen met een leesbeperking (dyslexie) of een visuele beperking
-
een daisy-versie voor o.a. leerlingen met een leesbeperking (dyslexie) of een visuele beperking
-
een spraaksynthese-versie voor o.a. leerlingen met een leesbeperking (dyslexie) of een visuele beperking
-
een braille-versie voor leerlingen met een visuele beperking
-
een versie voor slechtziende leerlingen waarbij de opgaven onder andere duidelijk gemarkeerd zijn
-
een zwart-wit versie voor het opgavenboekje Wereldoriëntatie voor kleurenblinde leerlingen
Wat een school niet mag doen
-
de afnamecondities wijzigen
-
opgaven schrappen of wijzigen
-
hulpmateriaal (bijvoorbeeld spelling – of rekenkaarten) ophangen
-
rekenmachine beschikbaar stellen
-
mondeling opgaven toelichten